De loonkloof is nog niet weggewerkt: vrouwen verdienen 7% minder
Met een nieuw loonkloofrapport drukt het Instituut voor de Gelijkheid van vrouwen en mannen Belgische werkgevers en beleidsmakers met de neus op de feiten: in 2023, het laatste jaar waarvoor het over cijfers beschikt, bedroeg de loonkloof nog steeds 7%. De dalende lijn van de voorgaande jaren is gestagneerd. Wanneer de onderzoekers hun correctie voor arbeidsduur – vrouwen werken gemiddeld vaker deeltijds – even wegfilteren, klimt de kloof op tot zelfs 19,5%.
In de privésector zijn de verschillen in verloning nog nadrukkelijker aanwezig: 10,1% met en 24,5% zonder correctie. Binnen de privé zijn het de vrouwelijke arbeiders die te maken hebben met de grootste loonkloof – 19,3% ná correctie. “Vooral huishoudhulpen en productiearbeiders hebben vaak onzekere, deeltijdse banen met veeleisende arbeidsomstandigheden”, zegt Liesbet Stevens van het Instituut voor de Gelijkheid van vrouwen en mannen. “De lage lonen verergeren hun economische kwetsbaarheid nog meer.”
Met deeltijds werk, leeftijd, opleidingsniveau, burgerlijke staat, gezinssamenstelling, nationaliteit en afkomst duiken in het overzicht van de mogelijke verklaringen verschillende moeilijk door werkgevers te beïnvloeden factoren op. Maar daarnaast wordt ook de “aanhoudende segregatie” op de arbeidsmarkt genoemd. In dat licht spreekt het Instituut de hoop uit dat de Loontransparantierichtlijn straks een hefboom voor verandering zal blijken.
Lees meer