De weg naar groei is lang en lastig
Iets meer dan 14.000 transportbedrijven zijn er in ons land actief. Opmerkelijk: bijna negen op de tien daarvan heeft minder dan vijf mensen in dienst. Met andere woorden: uitgroeien tot een echt groot bedrijf in deze branche is blijkbaar geen evidente klus. Hoe komt dat? (Frederic Petitjean)
Van die 14.000 Belgische transportbedrijven vallen er iets meer dan 10.500 onder de categorie “Goederenvervoer over de weg”. Zowat 3.500 zijn gecategoriseerd onder “Overige posterijen en koeriers”. Vooral in die laatste categorie bevinden zich zeer veel éénmansbedrijfjes en kleine ondernemingen: 95% van hen heeft minder dan vijf mensen op de loonlijst staan. Maar ook bij de categorie “Goederenvervoer over de weg” is dat nog altijd meer dan 81%. Dat blijkt uit cijfers van Trends Business Information.
Isabelle De Maegt, woordvoerster van de Federatie van Belgische Transporteurs en Logistieke dienstverleners, wijst erop dat de situatie in onze buurlanden identiek is. “In bijvoorbeeld Nederland en Duitsland zie je hetzelfde fenomeen. Ik denk dat er een aantal redenen voor zijn. België is sowieso een land van kmo’s en ook voor hun transportnoden kunnen dat soort bedrijven dus voort met iets kleinschaligere partners. Ook het fenomeen van de chauffeur-patron speelt mee. In het wegvervoer zijn er heel veel mensen die als kleine zelfstandige beginnen en dan zelf achter het stuur kruipen. Pas na een paar jaar kan daar dan eventueel een bedrijf met personeel van komen. Dat blijkt ook uit onze eigen cijfers: bij zowat 35% van de Belgische vervoersbedrijven staat maar één voertuig ingeschreven. Veelal gaat dat om bedrijven die in onderaanneming rijden. Vaak is dat ook een heel bewuste keuze: veel chauffeurs willen graag kleinschalig blijven werken omdat ze op die manier goede service willen leveren en hun klanten persoonlijk willen bedienen.”
Extra lichten
Volgens De Maegt bevinden zich aan de andere kant van het spectrum slechts een handvol ‘witte raven’. Er zijn in België welgeteld 186 transportbedrijven die meer dan vijftig voertuigen hebben rondrijden. Eén daarvan is de Antwerpse gigant Van Moer Logistics. “Een belangrijke reden waarom het lastig is om te groeien, is eenvoudigweg het chauffeurstekort”, zegt woordvoerster Felien Van Oost. “Wij horen ook dat veel chauffeurs liever in een klein bedrijf gaan werken dan bij een hele grote transporteur. Vaak leeft het idee dat daar meer vrijheid is, bijvoorbeeld om je truck te personaliseren. Veel chauffeurs hangen bijvoorbeeld graag extra lichten en dergelijke aan hun truck, terwijl bij grote bedrijven de look wordt geharmoniseerd over alle vrachtwagens.”
Nochtans kan ook een hele grote transporteur best wel interessante voordelen in de strijd gooien, benadrukt Van Oost. “Wij hebben heel mooie extralegale voordelen en omdat we zo groot zijn, kunnen we heel wat verschillende soorten jobs aanbieden en kan je vrij gemakkelijk doorgroeien. Bovendien hebben wij de middelen om met de nieuwste technologieën mee te doen. We zijn hier bijvoorbeeld al volop operationeel met waterstoftrucks en elektrische trucks. Tot slot kunnen we als grote onderneming ook werkzekerheid bieden. Nu goed, dat voordeel is ondertussen misschien wel een beetje uitgehold, door het grote tekort kan je als chauffeur bijna overal aan de slag.”
Consolidaties
Wat ook meespeelt in de verdeling tussen grote en kleine ondernemingen is dat er in de vervoerswereld momenteel een consolidatiegolf bezig is, zegt Van Oost. Door de hoge energie- en brandstofprijzen krijgen veel kleine ondernemingen het lastig en ook door de Europese Green Deal moet de transportsector fors investeren in energiezuinige trucks. Die middelen hebben kleinere transporteurs vaak niet. Van Oost: “Zelf zijn we niet actief op zoek naar overnames, tenzij in heel specifieke gevallen of nichemarkten.”
Groeiparcours
Ook bij Transport C. Vermeulen uit het Kempense Hulshout kennen ze die strijd om chauffeurs. Het bedrijf, vandaag goed voor vijftien chauffeurs en zes bedienden, begon in 1981 toen oprichter Constant Vermeulen een vrachtwagen kocht en als chauffeur-patron aan de slag ging. “Het bedrijf groeide nadien tot negen wagens”, vertelt dochter Inge. “Later ben ik mee in de zaak gestapt en nadien ook mijn zus. Samen hebben we de beslissing genomen om op groei in te zetten. De specialisatie Oostenrijk is uitgebouwd naar Zwitserland en recent hebben we vier wagens aan onze vloot toegevoegd.”
Dat groeiparcours hoeft niet tot in het oneindige door te lopen, zegt Inge Vermeulen. “Nee, veel groter dan vandaag gaan we niet worden, die ambitie hebben we niet. Ik heb al genoeg kopzorgen (lacht). Nee, serieus, we zijn een familiaal bedrijf, we kennen iedere chauffeur en elke klant bij voornaam. Ik wil dat graag zo houden. Als je veel groter wordt, gaat het karakter van je onderneming onherroepelijk veranderen en dat hoeft voor mij niet. Bovendien: in een klein bedrijf ben je als eigenaar bij alles betrokken: administratie, dispatching, planning, … Ik ben van alles op de hoogte en voor iedereen aanspreekbaar. Ik voel me niet klaar om dat allemaal uit handen te geven.”
Koerier: geen gemakkelijke stiel
Tussen 2017 en 2022 werden in ons land 3.808 koeriersbedrijfjes opgericht. Zoals de cijfers in het artikel hierbij al aangeven, gaat het in het grootste deel van de gevallen over eenmansbedrijfjes: koeriers die in onderaanneming werken, bijvoorbeeld voor grote jongens als DHL of UPS. Van die 3.808 ondernemingen waren er eind 2022 nog 2.092 actief. Ze hadden dus, over de periode van de laatste vijf jaar, een gemiddelde overlevingskans van ongeveer 55%.
Uit de cijfers van Trends Business Information blijkt dat vooral het tweede boekjaar een kritiek punt is. Van bijvoorbeeld de 607 bedrijven die in 2017 werden opgericht, gingen er 30 al hetzelfde jaar failliet. In 2018 stijgt dat cijfer naar 113, om daarna weer stilaan af te nemen: 96 faillissementen in 2019, 84 in 2020, 42 in 2021 en 43 in 2022. Ook voor de andere jaren duikt dat fenomeen op: het eerste jaar is lastig, het tweede jaar is nog moeilijker, maar wie dat weet te overleven, komt in iets rustiger vaarwater terecht.
Volledig op beide oren slapen, kan de koerier zich echter niet veroorloven. Dat bewijzen de overlevingscijfers per jaar. Van alle pakjesbedrijven die in 2017 het levenslicht zagen, is nog maar één op de drie actief. Dat percentage neemt logischerwijze daarna wel jaar na jaar toe, maar van bijvoorbeeld de 761 ondernemingen die in 2021 werden opgericht, heeft ook al een derde er het bijltje bij neergelegd. Na nauwelijks twee jaar actief te zijn geweest…
Dit artikel is verschenen in Top Transport die beschikbaar is in pdf.