Wat is een artificiële constructie?
Dat is geen onbelangrijke vraag, aangezien Belgische ondernemingen sinds 1 januari 2010 aangifte moeten doen van hun betalingen met een totale waarde van meer dan 100.000 euro richting belastingparadijzen. Die bedragen zijn echter aftrekbaar als beroepskosten als aan twee voorwaarden tegelijkertijd is voldaan: de betalingen zijn uitgevoerd om werkelijke en oprechte redenen; en de bestemmeling is geen artificiële constructie.
Vandaar de vraag: wat is een artificiële constructie? Dat is, zo antwoordde de wetgever, een constructie die geen verband houdt met elke economische realiteit en is bedoeld om de verschuldigde belasting in België te ontduiken. Met andere woorden, zo luidt de kritiek van het Rekenhof, als het niet de bedoeling is om Belgische belastingen te ontduiken, zijn de betalingen aftrekbaar als beroepskosten.
Omdat ze die mogelijkheid wilden wegwerken, stelden de groenen meteen voor om elke constructie als artificieel te beschouwen die geen verband houdt met elke economische realiteit en is bedoeld om de verschuldigde belasting te ontduiken, in België of in welk ander rechtsgebied dan ook.
Met de steun van Vooruit willen ze zelfs nog ruimer gaan en stellen ze een nieuwe definitie voor: “Een artificiële constructie of reeks van constructies houdt, alle relevante feiten en omstandigheden in aanmerking genomen, geen verband met de werkelijke economische realiteit en is gecreëerd met als hoofddoel of een van de hoofddoelen om een belastingvoordeel te verkrijgen. Dergelijke constructie kan uit verscheidene stappen of onderdelen bestaan.”
Lees meer